maandag 16 februari 2009

Vietnam is populair

Houdt u van een vakantie in een land dat nog niet echt ontdekt is door het massatoerisme dan is Vietnam zeker het overwegen waard. Prachtige pagodas,ondergrondse dorpen, onafzienbare rijstvelden, kleurrijke bergstammen en onontdekte palmenstranden. Dit is slechts een kleine greep uit wat Vietnam u te bieden heeft. De inwoners zijn vriendelijk en gastvrij, het landschap adembenemend.

Gaat Vietnam nog wat verdienen aan de Vietnamese oorlog? Het begint er toch wel een soort op te lijken. Iedereen kent Vietnam voornamelijk door de Vietnamese oorlog. Deze, weliswaar slechte, reclame heeft ertoe gedient dat iedereen Vietnam kent en zijn ligging. Zo ook de toeristen. Zuid-Azie is al langere tijd booming qua toerisme. Steeds meer mensen gaan richting Zuid-Oost Azie enkele weken weg. India wordt door Europeanen vaker bezocht, zo ook China en voornamelijk Thailand zijn bijzonder in trek. Binnen 10 jaar is de kans groot dat ook Vietnam in dit rijtje wordt toegevoegd. Steeds meer mensen hebben het over een vakantie naar Vietnam. Hier betreft het voornamelijk de avontuurlijke toeristen. De mensen die graag een paar weken met een rugzak door de buh-bush trekken op zoek naar onbekende dieren en onvoorziene problemen.
Leuk? Misschien maar overduidelijk niks voor mij. Ik ben meer iemand voor het veilige witte strand. Als we dan toch gaan vliegen de Maladiven of iets dergelijks. Maar het moet dan ook niet te druk zijn. Maar door Vietnam reizen met enkel een loodzware rugzak voor mijn plezier? Uhh... Nee bedankt. Maar steeds meer toeristen, voornamelijk jongeren, zien zo'n avontuurlijke reis wel zitten. Dit brengt uiteraard ook problemen met zich mee. De toeristen kunnen de situatie onderschatten en zo ernstige problemen, en letsels oplopen. Het toerisme kan de biodiversiteit aantasten. Want dan zullen de kernzinnen van een reclamefolder, zie de inleiding, toch wel gaan veranderen.

Misschien ooit zit ik ook in Vietnam. Maar ik ben zeer benieuwd hoe het land zich qua toerisme gaat ontwikkelen. Maar er is in ieder geval een markt voor. Oftewel heb je zin in malariamuggen en woeste terreinen? Vlieg dan snel naar Vietnam.

zondag 15 februari 2009

De eerste keer echt uitgaan: Groot succes

Ik blogde het al eerder maar gisteren werd het de eerste keer dat ik echt uitging. Maar hoe is het deze rookie verlopen? En bovenal wat vond ik de opvallendste dingen?


Het is 8.00 's ochtends valentijnsdag begint met mijn wekker van mijn mobiel met het liedje: Let It Rock van Kevin Rudolf feat Lil' Wayne. Toepasselijk want het werd de een dag waarop gedanst zou moeten worden. Maar eerst stond er wat serieuzer op het programma; Werken. Ja, helaas, was er weer geen ontkomen aan en moest ik om 9.00 verschijnen in mijn supermarktje in de grote stad. Het vakkenvullen mocht beginnen. Het is een baantje dat toch wel wordt onderschat, de jeugd tilt vaak veel meer dan wettelijk is toegestaan en daardoor ook zeer uitputtend. Om 17.00 uur mocht ik weer op de fiets naar huis. Inmiddels had ik al 7 uur gewerkt (en een uur pauze). Maar de dag zou pas laat in de avond gaan beginnen om 23.00 uur precies. dat was het moment dat ik de disco binnenstapte.

Het is wat opviel was dat het bijzonder rustig was. Maar het was ook nog vroeg. We verzamelden ons groepje. En gingen tijdelijk om een tafeltje staan. Om kwart voor 12 begon mijn keel wel te branden van de dorst. Het eerst biertje gleed trots naarbinnen. Omdat dit voor veel van ons de eerste keer was. Keken vele groepsgenoten nog een beetje onwennig. Een biertje? Op school drink je natuurlijk alleen maar multivitamine. Dus dat was een flinke ommezwaai voor enkele. Anderen begonnen de hele avond niet aan de alcohol. Meestal omdat ze niet goed tegen alcohol kunnen een enkeling om een weddenschap, die ze zelden vol kunnen houden.


''Slechts een enkeling drinkt geen alcohol. Omdat ze er niet tegen kunnen of
omwille van een weddenschap die ze zelden volhouden.''

Naar een klein uur in de disco te zijn geweest vertrekken we en lopen we een paar straatjes verder en komen we in een soort danscafe. Het is niet alleen maar drinken in dit cafe. Maar de muziek is ook van groot belang voor de gezelligheid. Aardig wat mensen dansen of bewegen in ieder geval. De dorst overvalt me weer van al het geschreeuw, gelach en gepraat. Ik bekijk een bord met daarop enkele dranken en de bijbehorende prijzen: Breezer Cola €5,-, Malibu Cola €4,- Energiedrank Vodka €3.25,-. Ik kies voor de Malibu Cola en geef mijn moeilijk verdiende geld uit. Deze cola is bijzonder zoet en heeft een zeer herkenbare smaak. Het is een heerlijk drankje ook doordat de ijsklontjes het geheel nog wat frisser maakt. Maar helaas vier euro binnen enkele heerlijke slokken opgedronken, maar deze was mijn geld waard. Ik kom langzamerhand ietsjes losser. Nog lang niet aangeschoten maar ik heb meer zin om met andere mensen te praten. En dan doe ik, lachen met een aangeschoten jongen. Grappen maken met een meid.


Om 2 uur moest ik richting huis vertrekken, balen zeg. De tijd is weer omgevlogen. Toen ik me in de richting van de kapstok begon te bewegen zak ik een man in de 20 praten tegen een plant. Hij is heftig in discussie en slaakt rare taal uit. Haast onverstaanbaar. De man lijkt zich enorm op te winden over wat de plant allemaal zegt. Een man haalt mijn weg bij de plant. Maar de 20 jarige man geeft niet op en blijft schreeuwen tegen de plant. Dat is nou grappig. En behoorlijk zielig...

woensdag 11 februari 2009

Binnenkort: Voor het eerst echt uit...

Je moet met de meute mee gaan wil je erbij blijven horen. En tegenwoordig gaat bijna mijn gehele klas: uit.

En daarom kan ik niet achterblijven en heb ik me aanwezig gemeld voor de 14e februari. Want het belooft topdrukte te worden in de discotheken. Zo'n 70% van onze klas gaat komende zaterdag en voornamelijk zondagnacht de discotheken en cafe's in. Voor velen is het de eerste keer. Zo ook voor mij. Het begon allemaal in de etenspauze van afgelopen maandag. 'Het groepje' (het groepje waarmee we altijd eten) sprak erover wie er allemaal van het weekend uit ging. Steeds meer namen werden genoemd. En in een floep was het eruit: 'Ik ga ook vragen of ik mee mag.' Klinkt stoer. Uitgaan op je 15e terwijl je er officieel pas vanaf je 16e in mag. Maar ja, binnenkomen wordt het komende weekend niet het probleem. Vrijwel iedereen komt binnen. Maar dan...
Maandagavond moest ik het aan mijn ouders gaan vragen. Maar ja ik met mijn slechte zenuwen en bang om te worden getorpedeerd, stelde het nog een dag uit. De dinsdag moest het gaan gebeuren anders zou 'het groepje' blijven doorvragen. Vlak voor het eten kom ik serieus de kamer binnen mijn moeder en vader zitten samen op de bank. Ik ga zo onopvallend zitten en stel meteen de moeilijke vraag: 'Uhh... Pap en mam... Mag ik... misschien... zaterdag uit?' Beiden keken eerst een beetje overrompeld. Maar na een lieve glimlach en enkele beloftes stemden ze ermee in, een klein wonder. Want mijn broer mocht nooit en te nimmer voor zijn 16e uit. En ik ben bijna 15 en een half. De eerste overwinning is geboekt.

Maar het moelijke werk komt pas zaterdag en zondag. Ik drink slechts soms alcohol. En het is natuurlijk onmogelijk om niks te drinken. Maar ik mag niet dronken worden anders heb ik mega problemen met mijn ouders. Ik moet dansen in de discotheek maar ik ben zo onmuzikaal als het maar zijn kan. Een olifant met 1.5 poten kan een stuk beter dansen dan mij. Totaal ritmeloos en stijfjes zouden de jury me noemen. Maar ik moet niet als een sukkel overkomen, dat gebeurt al vaak genoeg. Nee, ik moet laten zien dat ik ook lekker los kan gaan. En ondanks mijn uiterlijk ook aantrekkelijk kan zijn.

Het belooft een pittig weekend te worden. Donderdag middag en avond heb ik een verjaardag. Vrijdagavond ga ik bowlen met familie. En zaterdagmorgen moet ik weer vroeg beginnen met het vullen van de vakken van de supermarkt tot 17.00 uur. Daarna eten en omkleden en dan uit! Waarschijnlijk ben ik rond 2.30 uur terug. En dan nog lekker slapen. Gelukkig heb ik daarna een hele schoolweek waarin ik weer lekker kan uitrusten.

woensdag 4 februari 2009

Bloggen is moeilijk

Welke ingredienten heb je nou echt nodig om een blog te schrijven? Een onderwerp een blog, en het belangrijkste zin en tijd. En aan die laatste twee ingredienten ontbreekt het bij mij nog wel eens.

Moe van een langen en vooral uitzichtloze dag op school. Ben je naar huis gefietst met tegenwind uiteraard, want de wind werkt immers nooit mee. Na een korte blik op je uitzichtloze huiswerk. zak je oververmoeid in je bureaustoel om te beginnen met je maakwerk. Want ja, als je in de les meer had gedaan dan had dat nu gescheeld. Maar ja, te goed je best doen op school is natuurlijk niet cool, dus doe je dat niet. Je maakt je huiswerk en als allerlaatst wacht nog dat leren van het proefwerk voor morgen. Nee he, Duits. Een vak dat mij niet al te best ligt. Je kijkt met vermoeide ogen naar die lange lijst met onlogische en onnuttige woorden. Want ja, Duits, wat ga je daar later nou mee doen? Je gaat toch elke zomer naar Frankrijk. Maar je hebt geen Frans gekozen omdat je dat niet snapt. Omdat je er echt even helemaal geen zin meer in hebt. Gooi je je boek door de kamer en zet je geleifde computer aan. Tijd voor een blogberichtje.
Op de fiets denk ik regelmatig na over een onderwerp om over te bloggen. Sommige zijn te makkelijk en ander te veel keer gebruikt. Het is niet mijn bedoeling om drie onderwerpen die hetzelfde zijn achter elkaar te behandelen. Dus een leuk onderwerp. Een origineel onderwerp voornamelijk, ja maar over originele onderwerpen weet je vaak slechts weinig. De drang om een lekker stukje te typen is er vaak wel maar de inspiratie niet. Je kijkt naar een wit schermpje en denkt ow, laat ook maar. Niemand die het leest. Een beginnende blogger is zo ook vaak minder gemotiveerd. Zo heb ik reeds een of nul reacties gehad op alle 43 berichten die ik al heb geschreven. Maar daar gaat de blog gedachte ook niet om. Het is een heerlijke manier om je verhaal te doen.

Oftewel lekker bloggen als je er zin in hebt. En ben je even niet gemotiveerd wacht ermee. Ben je juist enorm creatief op een dag, plaats dan meteen aan handvol berichten. Veel plezier en succes!

maandag 2 februari 2009

Maak kennis met Nico Hülkenberg

Nicolas ('Nico') Hülkenberg is op 19 augustus 1987 geboren in Emmerik. Een stadje in het westen van Duitsland 5 kilometer van de Nederlandse grens. Hij begon met karten in 1997 op 10-jarige leeftijd. Hij deed mee aan wereldwijde competities tot 2005.

In 2005 debuteerde hij stormachtig in de Formule BMW ADAC en domineerde het seizoen door 8 poleposities te pakken, 9 races te winnen en vervolgens met 287 punten kampioen te worden. In 2006 deed Nico (nee, we hebben wel over deze Nico) mee aan de ATS Formule 3, waar hij 1 polepositie wist te bemachtigen en maar liefst 3 races wist te winnen. Hij eindigde het seizoen op een 5e plek met 78 punten. Ook deed Nico mee aan de A1GP mee voor Team Duitsland in 2006. Hij won 9 races met 3 poleposities en werd kampioen met 126 punten. Het jaar daarop (seizoen 2006-2007) deed hij nog een keer hetzelfde kunstje, hij prolongeerde zijn titel. In 2007 ging Nico meedoen aan de Formule 3 Euroseries voor Team ASM Formule 3.Weber de manager van Nico Hülkenberg bevestigde eerder dat hij gesprekken had gehad met Flavio Briatore van het Renault F1-team. Maar op 3 december 2007 wordt duidelijk dat Nico Hülkenberg naar het Williams F1 Team gaat.

Maar dat is niet het enigste dat hij doet in het seizoen 2008, hij rijdt momenteel aan de leiding van het F3 Euroseries kampioensschap met 24 punten voorsprong op nummer 2. We hopen uiteraard dat hij de titel dit seizoen gaat binnenhalen. Hij heeft uiteindelijk overtuigend weten te winnen, Nico, gefeliciteerd!

zondag 1 februari 2009

Het oude circuit bij de Antwerpse haven

Iedereen heeft wel eens van die creatieve buien. Zo ik ook vanochtend. Mijn agenda staat vol met huiswerk, toetsen en boekverslagen. Maar ja, daar had ik heel even geen zin in. Ik opende Word en ben eens ouderwets gaan tikken. Het volgende verhaal is het geworden: Genaamd: Het oude circuit bij de Antwerpse haven. Niet helemaal of helemaal niet, perfect, maar toch. Voor als u even geen zin heeft in verplichtingen.

De regen klettert met een zacht getik op het dak van een café in Antwerpen. Rond een van de vele zwarte en beschadigde tafels zit een stel mannen. Allen gekleed in een donkere zwarte jas. Ze praten over ongure activiteiten. Ze drinken glas na glas leeg. Soms gevuld met bier anders met whiskey. Ze scheppen op over hun ongure praktijken. De uren verstrijken evenals de alcohol. Er voegt zich een nieuwe dunnere en vlotter geklede man bij het genootschap. Ook hij lijkt onder de invloed van alcohol te zijn maar dan in mindere mate. Hij begint te praten met een harde stem: ‘Mijn clan is misschien klein maar heeft grote ambities. Jullie hebben een grote clan maar zijn te verwend om vernieuwend te blijven. Ik ben de baas van een kleine clan maar deze knokt tenminste nog voor een plek in de criminele maatschappij.’ Een brede man met een lange zwarte jas draait langzaam zijn hoofd, die omgeven is door de rook van zijn sigaar: ‘Zo jij bent duidelijk nieuw in het vak. En je vindt ons lui en weinig vooruitstrevend? Weet je waarom wij zo succes vol zijn? Omdat we juist niet iets willen veranderen. Als je iets wilt veranderen… Dan kost het jouw schattige hoofdje, vriend.’ ‘Laat mij dan minstens bewijzen dat wij een rol van betekenis hebben.’ ‘Is goed, vriend,’ reageert een oudere man met een zwarte hoed op zijn grote, ronde hoofd, ‘ bewijs je gelijk.’ ‘Oké, ik wil graag een straatrace organiseren. Tussen ons.’ ‘Je bedoelt de clanbazen?’ ‘Ja zeker meneer.’ De drie mannen kijken elkaar aan, maar zonder iets te zeggen nemen ze het besluit: ‘Wij doen mee. Waar en wanneer wil je verslagen worden?’ ‘Overmorgen, eenentwintig uur bij de haven, we rijden het oude stratencircuit.’ Het oude stratencircuit is een circuit, waar lang geleden straatraces tussen clans werden gehouden. ‘Nodig iedereen uit die je kent, en maak je klaar voor de eerste totale uitschakeling van de top van clanbazen in een stratenrace. We racen in de auto naar je wensen.’

De uitdager loopt het café uit, hij loopt langs de haven terug. Onder de rode, met graffiti bespoten kraan staat een man op hem te wachten. ‘Is het gelukt?, vraag te de in rood geklede man. ‘Ja BB, het is gelukt. Zoals je wenste overmorgen. Om negen uur ’s avond op het oude circuit. En in de auto naar keuze. Nog een klein vraagje BB, in welke auto mag ik rijden?’ ‘Ow Wood, speciaal voor jou heb ik een heuse krachtpatser gestolen. Je hebt nog vandaag, morgen en overmorgen om het te fine-tunen. Je weet de garage.’ De mannen volgen elkaar over de vervallen haven. In een arbeiderswijk stoppen de mannen voor een voormalige Ford garage. De etalageruit is afgeplakt met kranten. Ze stappen naar binnen door een witte deur, met gebroken glas. Aan een tafel zitten enkel nuchtere mannen gekleed in overalls. Ze kijken op en kijken BB aan. ‘Oké, mannen jullie auto staat in de garage maak er iets moois van. Jullie hebben een budget van tienduizend euro. Verder mogen jullie gebruik maken van al het gereedschap. Ik zie jullie overmorgen hier weer. Ik ben er om zeven uur ’s middags.’
De mannen staan op, vier in totaal. Ze volgen Wood door de gang naar de garage. Ze knippen het licht aan en hun mond valt open van verbazing. Al is het een vrij negatieve verbazing. ‘Een Rover 75?’, stamelt een van de monteurs. ‘Uhh… Ja goed gezien’, stamelt een ander. ‘Ik had toch een auto verwacht met iets meer. Ja hoe noem je dat? Kracht?’ Ook Wood is niet blij met de auto: ‘En hierin moet ik enkele miljoenen auto’s verslaan?’ Een andere monteur probeert nog grappig over te komen: ‘Ik heb even rond gekeken en dit is de enigste auto die hier staat.’ ‘Ja, daar waren we ook al achter, Brasil.’ ‘Er wacht ons een hoop werk mannen, laten we beginnen,’ vertelt de, zo lijkt het de baas van de monteurs.

Wood loopt terug naar de kantine pakt een versleten stoel en ploft erin, ‘Het is toch niet te geloven dat dat watje van een BB hiermee de strijd wil aangaan met de andere teams.’ De ‘baas’ roept alle monteurs bij elkaar: ‘Oké, jongens, teamvergadering.’ De monteurs sloffen naar de kantine. De baas schenkt voor ieder een kop koffie in, en begint de vergadering: ‘Beste mannen, eindelijk weer eens een echte uitdaging. BB, had ons een Ferrari of Lamborghini kunnen geven dan hadden we hem hooguit kunnen schilderen. Hij wilt dat we onze kwaliteiten laten zien. Ieder van jullie was ooit een succesvol monteur of engineer. Door deze mislukte maatschappij kwamen jullie hier terecht, afgedankt maar niet kansloos. Ontplooi je opnieuw bij dit project. Laat zien wat we waard zijn! En we zijn veel waard!’ Een oudere man veert op, ‘Inderdaad ik ben het met eens met Kay, ooit was ik een monteur van een raceteam, maar ik was te verliefd op gokken dat ik failliet raakte. En steeds verder de klos kwijt raakte. Ik verloor alles. En nog belangrijker ik verloor het vertrouwen in mezelf. Ik ga mijn oude dagen in ere herstellen. Diegene die wilt volgen, volg mij naar de garage.’ Er verscheen een lach op de gezichten van de andere monteurs. Niemand bleef zitten.
Kay haalde een oud-ontwerp van de Rover 75 tevoorschijn. ‘Taakverdeling beste lui, iedereen even goed opletten: ‘Brasil, ooit voetballer maar werd iets te druk met de vrouwtjes, en McCan jullie nemen de bedrading voor jullie rekening, bouw een grote toerenteller in, en bouw een olietemperatuur- en motortemperatuurklok in. Zorg ervoor dat de lampen weer werken. Zorg dat niks hapert in de race, ik vertrouw op jullie perfectie. Maar begin met het strippen van de auto. Dan bouwt Drift de racestoelen, rolkooi, brandblusser in. Dan nemen Wood en ik de motor en het uitlatensysteem voor onze rekening. Wie er klaar is helpt eerst de andere dan doen we daarna het uiterlijk verbeteren. Als we daar tijd voor hebben. Oke, aan de slag, veel koffie, geen vrouwen en geen slaap komende dagen. Behalve Wood want hij heeft genoeg slaap nodig om wakker te zijn tijdens de alles beslissende race. Succes!’

De zondagsrust wordt niet gerespecteerd blijkt in de ex-Ford garage van BB. De monteurs timmeren, zagen en lassen er flink op los. Halverwege de zondagochtend worden de gedane handelingen eens overzien. De auto is in tien uur tijd geheel gestript. Er zit bijna niks meer aan de auto vast. Nu pas is te zien hoe slecht de auto er eigenlijk aan toe is. Er zit overal roest en enkele onderdelen moeten wel vervangen worden. Het lijstje met klusjes die gedaan moet worden wordt steeds groter, maar de beschikbare tijd steeds korter. Er moeten nieuwe banden worden uitgezocht, er moet een nieuwe motor in geplaatst worden, de stoelen moet worden bezorgd, de koplamp bedrading moet opnieuw gedaan worden, er moet een nieuwe versnellingsbak in en enkele kleine klusjes. De monteurs werken hard, keihard, maar is het genoeg? Wood en Kay stappen in de geroeste Ford pick-up van Kay. Ze rijden naar een vriend die in de autobusiness zit. Ze kopen een Ford Hemi V8 5.2 liter met 430 pk met handgeschakelde versnellingsbak, vier 17’ inch banden, een nieuw uitlatensysteem, twee Recaro sportstoelen, nieuwe rode glimmende Brembo remmen, een toerenteller, druk- en temperatuurmeters, een brandblusser en nog enkele kleinere benodigdheden. In twee keer rijden worden alle spullen binnen geplaatst. De mannen worden weer laaiend enthousiast. De Rover wordt van zijn verouderde motor ontdaan. En de nieuwe glimmende motor word erin gelepeld. Dan wordt de auto de brug opgeduwd. Ze leggen in record tempo het uitlatensysteem aan. Als dat maar goed zit. Dan beginnen Brasil, McCan en Drift aan de binnenkant en bedrading. Het plaatsen van de meters en sportstoelen vergt uiteindelijk minder tijd dan gedacht. Het is inmiddels zondagnacht, ze hebben tot de volgende avond 21:00 uur om hem af te maken. De originele onderdelen worden hersteld, geplamuurd en gespoten. De oude kleur blijft behouden, want opnieuw spuiten kost te veel tijd. De motorkap word zwart omdat er een bult is ingebouwd omdat de nieuwe motor meer ruimte nodig had. Er worden nog wat luchtinlaten vergroot. En alle onnuttige dingen worden verwijderd. Ook de rolkooi wordt erin gezet. Maar dan worden de monteurs moe, ze zoeken een bank op en vallen omstebeurt in slaap.

Een mobiel rinkelt door de stille garage. McCan schrikt wakker, veert overeind en knalt met zijn hoofd tegen de onderkant van de auto. ‘Krijg nou wat ik ben in slaap gevallen onder de auto, die inmiddels al even van de brug waf was.’ Hij kijkt op zijn met olie besmeurde horloge, hij geeft 9:00 uur aan. McCan vloekt zachtjes. Hij rolt onder de auto vandaan en maakt de andere wakker. Op wel een vrij bijzondere manier: Hij stapt de auto in en duwt de toeter zo lang in totdat iedereen om de auto staat te schreeuwen of hij daarmee even snel wilt ophouden. McCan stapt uit en neemt het woord: ‘Beste garagegenoten vandaag is het de dag waar we naar uit hebben gekeken. We hebben nog precies twaalf uren om de auto te laten rijden en hard ook. Ik verwacht van jullie, dat je je tot het uiterste inspant om deze droom te verwezenlijken. Vol gas!’ De man zijn weer wakker. Het moet vandaag gebeuren anders hebben ze in hun missie gefaald.
Met nog twee uur voor de race. Lijken de mannen klaar te zijn. Trots kijken ze naar hun creatie. ‘De binnenkant zit wel goed, maar die buitenkant is absoluut verschrikkelijk.’ Niemand had de tijd gevonden om aandacht aan de buitenkant te geven. Er zat over plamuur en geschuurde plekke verf. Alleen de motorkap was mooi matzwart afgerond. ‘Doet er niet toe, laten we een test rit maken.’ Kay stapt in de auto, draait de sleutel om en hoort een heel hard ijzerachtig metaal gerammel. Het volgende fragment hebben we weggepiept omdat de gebruikte taal niet erg netjes was: ‘Piep,’ scheldt Brasil. ‘Er moet een fout zitten bij de koppeling.’ De auto wordt weer de brug opgeduwd en er wordt gezocht naar een oplossing. Na lang zoeken vinden ze de boosdoener. Het probleem wordt snel weggewerkt door de mannen. En in de tweede poging start de auto wel. De mannen klappen. ‘Mooi werk jongens,’ zegt Kay opgelucht,’Maar we moeten nu echt gaan, de wedstrijd wacht.’ Ze stappen in hun eigen auto’s en rijden naar de afgesproken plek. Het is een baan van 11.25 kilometer met enkele gemene bochten. Elke crimineel kent de baan uit zijn hoofd. Ze zijn een kwartier te vroeg aanwezig. De laatste tips worden aan Wood doorgegeven. Hij zit op de achterbank van de auto van Brasil, te slurpen aan een blikje RedBull. McCan gaat zich bemoeien met het gesprek, hij kent de baan als geen ander. Hij heeft ook een keer tegen de clan bazen geracet, hij verloor door een enorme harde crash in de haarspeldbocht. Hij loopt nog steeds mank.
De eerste tegenstander arriveert…

Er komt een rode Ferrari Enzo aanrijden, een geweldig geluid ontplooit zich. Er rijden enkele auto’s achter de Ferrari, en niet de minste, het team onderschat Ford GT 40’s, Rolls-Royces, Bentley’s en een Mercedes SLR McLaren. Uit de Ferrari stapt de dikke man, maar deze keer in een race overall gekleed. Vlak daarna arriveert de tweede kandidaat in een opgepimpte RX RMB v16. Die er niet mooier van is geworden maar waarschijnlijk wel sneller. Ook deze man wordt achtervolgt door een horde ongure types met dure auto’s. Maar daarna komt het opvallendste er stopt een gigantische truck, en wat daaruit komt rollen: De Renault F1. Wood slikt kijkt naar zijn auto en terug naar de auto’s van zijn tegenstanders. ‘Dat kan nog een leuke race worden,’ grapt Brasil.
De mannen komen naar ons toelopen. Dan arriveert BB in zijn Rolls-Royce Phantom. De mannen bulderen van het lachen. Ze wijzen naar de Rolls: ‘En dat antieke stuk schoot moet ons verslaan?’ ‘Nee, die auto,’ Kay wijst naar de Rover 75. De mannen beginnen nog harder te lachen. ‘Straks valt er niks meer te lachen, dan huilen jullie omdat jullie verloren hebben van onze krachtige auto,’ de twijfel hoor je in Brasil zijn stem.
Laten we onze kostbare tijd niet te lang verspillen stelt een man voor. ‘Let’s race.’ De auto’s begeven zich naar de start. Wood stapt in en snoert zich vast. McCan zegt niks meer alleen: ‘Succes.’ Hij weet als geen ander dat je je moet concentreren. Een aantrekkelijke jonge vrouw gaat voor de auto’s staan met een sjaal vast. Ze telt af: ‘Three, two, one and start!’ Wood trapt het gaspedaal in en geniet van de goede versnellingsbak. Hij heeft al aardig wat race ervaring. Maar dit is een heerlijke auto merkt hij al vanaf het begin. Maar als hij weer goed kijkt door zijn voorruit ziet hij dat hij al honderden meters achterloopt op de Renault F1. De eerste bocht is een zwakke bocht naar rechts. De Renault stuurt vroeg in maar schampt daarbij de stoeprand. Daarna sturen de Ferrari en de RX feilloos en snoeihard in. Wood doet wat hij kan en denkt constant aan de ideale lijn. Hij heeft elke centimeter nodig die hem extra snelheid kan geven. De volgende bochtencombinatie is een snelle rechter gevolgd door een scherpe linker. De Formule 1 lijkt het al gewonnen te hebben. Wood komt net de bocht uit of hij zit al in de volgende. Maar er nadert een grote Man vrachtwagen, de bestuurder van de Renault kan hem maar net ontwijken maar verlies de controle over zijn blauw, gele bolide. Hij schampt de lantaarnpaal en blijft vervolgens doelloos rondtollen. De Enzo neemt de leiding over. De achterwielophanging lijkt te zijn gebroken. De Enzo geeft vol gas, en wilt zo snel mogelij door alle bochten, met alle risico’s van dien. Enkele bochten lang lijkt het geluk aan zijn kant. Maar ook daar slaat het noodlot toe, hij rijdt gedwongen door rood licht. Maar moet naar echts afslaan, de kant die mag rijden. Hij rijdt zijn ongelofelijk mooie bolide in een bestelbusje uit ’97. Dan resteren alleen nog maar de duizendeneen pk sterke RX en de 430 pk sterke Rover. Het lijkt een enorm verschil… En dat is het ook. Maar de Rover kan zijn voordeel halen uit zijn lichte gewicht. Ze scheuren langs een van de vele melkboeren in de stad. Voor de winkel staan mensen te kijken naar de race. Ze zwaaien naar Wood? En Wood ziet het, hij geeft een dot gas en probeert de RX bij te houden. Er volgt een zeer langzaam stuk van de baan. Hier moet het gebeuren. Wood nadert met rassé schreden. Nog 2 bochten, en hij gaat er buiten om omheen. Hij trapt het gaspedaal in schakelt op. Remt vervolgens hard af de laatste haarspeldbocht en dan het rechte stuk. De RX volgt duidelijk niet de goede lijn. Nog een paar meter een de finish, ongelofelijk een mini team wint. Het team staat te springen en te dansen. Ze hebben gewonnen! Niet met een snelle auto maar puur op talent! En ze zijn tevens eigenaar geworden van: Een kapotte Renault F1, een gesloopte Ferrari Enzo, een gedeukte RX. Maar veel belangrijker ze hebben respect en vriendschap gewonnen.